Mijn dierbare vrienden, geprezen zijn Jezus en Maria.

1. Op 25 april 2022 ontving de zienster Marija de volgende boodschap:

“Lieve kinderen! Ik kijk naar jullie en zie dat jullie verdwaald zijn. Daarom roep ik jullie allen op: keer naar God terug, keer naar het gebed terug, en de Heilige Geest zal je met Zijn Liefde vervullen, die het hart vreugde schenkt. De hoop zal in jullie groeien, ook op een betere toekomst, en je zult vreugdevolle getuigen zijn van Gods Barmhartigheid in jezelf en om je heen. Dank dat je op mijn oproep gereageerd hebt.”

2. Deze Mariamaand wil ik u iets persoonlijks toevertrouwen, dat, naar ik hoop, enkele mensen zou kunnen helpen. Toen er tijdens een bepaalde periode in mijn leven veel lijden aanwezig was, ben ik volledig ingestort en ik heb op dat moment de dag dat ik geboren was vervloekt. En juist toen toonde de Heer Zijn Barmhartigheid waardoor ik de keuze heb gemaakt om Hem vol vreugde en vrede te volgen.

In 1989 kwam ik aan in Medjugorje, en het was toen dat de heilige Maagd mijn hart volledig heeft veroverd, en zelfs zozeer dat ik soms huilde van blijdschap. Daarvoor hield ik ook wel van haar, maar vanaf een afstand. In Medjugorje voelde ik me als opgenomen in haar schoot, als een klein kind dat rust in geborgenheid, en dat van zijn moeder alles ontvangt wat nodig is om te leven en te groeien. Deze band tussen haar en mij was zo sterk, dat ik mij zelfs niet kon voorstellen dat ik Medjugorje misschien ooit zou verlaten, want dat zou geweest zijn alsof ik te vroeg geboren zou zijn en in een woestijn zou zijn weggekwijnd. Twee jaar lang voedde ik mij met de boodschappen, die voor mij waren als echte bloedtransfusies; het waren nieuwe levensimpulsen die ik maar al te graag in ontvangst nam, zoals iemand die een bron van levend water vindt terwijl hij sterft van de dorst.

Een kleine anekdote: een heilige vrouw die vaak met groepen meereisde gaf mij eens een woord van kennis: “Op een dag zal je je pelgrimsstaf vastpakken en zal je de boodschappen van Maria over de hele wereld uitdragen.” Waarop ik antwoordde: “Hou op, dit is een valse profetie, ik kan hier niet weggaan”. Maar ze had gelijk, zo is gebleken.

In feite ervoer ik gewoon precies hetgeen waarvoor Maria naar Medjugorje is gekomen. Ze legt het zo goed uit in haar boodschappen, die zij tot ieder van ons, haar geliefde kinderen, richt: “Lieve kinderen, zoals ik mijn Zoon Jezus in mijn schoot heb gedragen, zo verlang ik ieder van jullie te dragen op de weg naar de heiligheid.” En ook: “Ik hou van ieder van jullie evenveel als van mijn Zoon Jezus.” “Lieve kinderen, ik zou jullie graag willen vasthouden in een omhelzing… maar jullie willen het niet.” Dit zijn geen lege woorden, zij biedt ermee een diepe en intieme ervaring met haar aan, aan elk van haar kinderen. Natuurlijk handelt ze bij ieder van op een andere wijze, en op een unieke manier. Zij vormt ons zoals een moeder dat kan, om ons te verrijken, ons mooier te maken en om ons te kunnen leiden naar de omhelzing met haar Zoon en naar het Hart van de Vader.

Toen ik in Medjugorje aankwam, was er geen werk voor mij (maar dat heeft niet lang geduurd), en ik bracht veel tijd door op de heuvels samen met de zuster van mijn gemeenschap die met mij was meegekomen. Op een dag, aan de voet van Podbrdo, zei ik tegen Maria: “Als ik boven aankom, dan zal ik eens goed de tijd nemen voor U en vurig tot U bidden”. Ik begon dus naar boven te klimmen, maar toen ik bij het kleine metalen kruis aankwam, dat er destijds op de plaats van de verschijningen stond, was ik de heilige Maagd al helemaal vergeten. In plaats daarvan werd ik gegrepen door een heel ander gebed, bijna op onweerstaanbare wijze, dat spontaan uit het diepst van mijn hart ontsprong. Zonder ophouden bleef ik vurig herhalen: “O Vader, ik dank U voor de gave van het leven. O Vader, dank U dat U mij geschapen hebt.”

Toen ik naar beneden afdaalde, besefte ik dat ik mijn belofte aan de heilige Maagd niet had gehouden en ik zei tegen haar: “Vergeef me, maar toen ik eenmaal daarboven was, was ik U helemaal vergeten.” Enige tijd later begreep ik de betekenis van dit gebeuren: Maria had zich herinnerd dat ik eens de dag van mijn geboorte had vervloekt. Ze wilde als moeder alle sporen in mij uitwissen van deze vreselijke woorden die eens in een periode van lijden uitgesproken waren, en daarom had ze haar eigen gebed in mijn hart opgewekt, een soort Magnificat dat aan mijn hart was aangepast. Kortom, ze had mij daarboven opgewacht, en zij was het die mij wilde onderdompelen in een omhelzing met mijn Schepper, met mijn Vader in de Hemel, “uit wie alle vaderschap in de Hemel en op aarde voortkomt”, zodat ik Hem samen met haar kon verheerlijken. Zoals altijd, had ze zich op nederige wijze volledig onzichtbaar gemaakt in bijzijn van God.

Ik zal nooit vergeten dat ze dit heeft gedaan voor mij, voor mij, die in het geheel een dergelijke gunst niet verdiende.

Met vreugde deel ik met u wat ik heb ervaren, omdat ieder van ons deze vitale band kan ervaren die bestaat tussen deze Moeder en haar kind. Ik ben er zeker van dat Maria voor ieder van ons genaden voorbereidt die nog groter zijn dan die welke ik heb ontvangen… niets minder dan dat, gezien de ellendige toestand waarin de wereld vandaag de dag verkeert. Zij schept er als moeder vreugde in om haar kinderen het beste te geven, om hen God te geven en de weg die naar Hem leidt. Als wij naar lichaam en ziel aan haar zijn toegewijd, dan leeft in ons het verlangen naar de Triomf van haar Onbevlekt Hart, en zo bespoedigen wij die. Wanneer we samen met haar aan deze Triomf werken, dan gebeuren er wonderen.

Dat is ook de reden waarom ze ons uitnodigt om altijd te bidden voor haar kinderen die de liefde van God nog niet kennen. Het doet haar veel pijn om hen ver van haar Zoon te zien. Ze gaat zelfs zo ver dat zij op 24 mei 1984 zei: “Ik smeek jullie, maak dat mijn hart geen bloederige tranen schrijdt omwille van jullie, vanwege de zielen die verloren gaan door de zonde”.

3. Het kindje Jezus bewoog ! Twee dagen geleden kwam een man met zijn groep bidden in onze stal met de kribbe. In het getuigenis dat hij gaf zei hij dat hij in zijn leven ernstige zonden had begaan. Toen het zijn beurt was om het Kindje Jezus in zijn armen te nemen, sperde de man plotseling, stom van verbazing, zijn ogen wijd open, en inderdaad: het Kindje Jezus bewoog en Het sloeg met Zijn hoofdje krachtig tegen het hart van de man. “Bang, bang!”, zo vertelde hij ons in alle eenvoud. Dit ging zo een tijdje door en bij elke nieuwe slag voelde deze broer hoe het Kind Jezus bij zijn hart aanklopte, alsof Het er wilde binnendringen, het wilde genezen en daar wilde blijven. Na deze genade volgde er natuurlijk een goede biecht. Dit is een voorbeeld tussen vele anderen…

4. De aardbeving. Judith vertelt…

“Vorige maand hadden we in Medjugorje een aardbeving. Het was ongeveer om 23.00 uur in de avond en ik was al bijna in slaap gevallen. Toen ik de eerste schok voelde, sliep ik bijna. Ik was verbaasd omdat er op dat moment opeens een “bovennatuurlijke” rust over me kwam. In mij hoorde ik een zinnetje uit Psalm 46 weerklinken: “… Daarom vrezen wij niet, al wankelt de aarde en storten de bergen in, in het diepst van de zee…”. Omdat ik nog half sliep, had ik niet de tegenwoordigheid van geest om er verder op in te gaan, maar ik wist dat het een uitnodiging tot vertrouwen was, in de zekerheid dat God onwankelbaar is in eeuwigheid. En dat was mij genoeg.”

“Het was alsof de zekerheid mij werd geschonken dat ik geen angst hoefde te hebben, want God waakt over mij. Het was een prachtige ervaring om het Woord van God op een buitengewoon efficiënte wijze levend en werkzaam te zien in de diepte van onze geest. Een paar maanden geleden had ik de tijd genomen om deze psalm in alle rust te lezen: ik had er aandachtig over gemediteerd, en de tijd genomen om elke zin in mijn hart te laten bezinken, en werkelijk in te treden in de inhoud ervan. Het was alsof ik in mijn hart een schat had binnengelaten, die door de Heilige Geest was ‘geactiveerd’ in de concrete omstandigheid van de aardbeving“.

(Die nacht vond ik Judith in haar pyjama op de trap met een andere zuster, en ik was onder de indruk van haar kalmte)

5. De pijn van een moeder… In haar boodschap van april windt de heilige Maagd er geen doekjes om. Stel je de pijn voor van een moeder die haar kinderen verloren ziet gaan, de een na de ander. Ik heb zoveel moeders zien huilen… wat kan ik zeggen om zo een moment? Het breekt je hart. Des te meer wanneer het onze Hemelse Moeder is, die niets dan liefde en tederheid is. Ik heb de heilige Maagd nooit gezien, maar alle zieners van Medjugorje hebben haar zien huilen. Mirjana zegt dat wij haar kunnen troosten door te bidden voor hen die de liefde van God nog niet kennen. Zo kunnen we de tranen drogen die uit haar ogen vloeien. In deze maand van Maria, willen we haar deze vreugde schenken. Omdat ze heeft gezegd dat ze ons haar Hart wilde geven, mogen we dit ook durven vragen. Haar moederlijk Hart zal in ons een nieuw vermogen tot liefde vormen en wij zullen deel nemen aan haar machtige voorspraak voor de meest verloren kinderen van haar. Het is dringend.

6. Charles de Foucault wordt heilig verklaard op 15 mei in Rome. Een mooi voorbeeld van contemplatief leven. Hij schreef: “Op het moment dat ik geloofde dat er een God was, begreep ik dat ik niets anders kon doen dan te leven voor Hem.” “Navolging is onafscheidbaar van de liefde. Iedereen die liefheeft wil navolgen: dit is het geheim van mijn leven. Ik heb mijn hart verloren aan Jezus van Nazareth die negentienhonderd jaar geleden gekruisigd werd en mijn leven bestaat eruit te proberen Hem na te volgen.” “Het gesprek van de ziel met God vanuit geloof, hoop en liefde… in de loop van de tijd brengt de ziel dan vruchten voort precies in de mate waarin de inwendige mens zich in de ziel heeft gevormd…

Lieve Gospa, “O Maagd, U bent de mand van Mozes, de ontvanger van het Woord,
de kelder van de nieuwe wijn die de gelovigen in vervoering brengt,
U bent de hand van God, het einde van de zonde,
dankzij wie de mensheid opstaat uit de afgrond van de zonden om de vreugde van de engelen te bereiken.” Adam de Perseigne

Zr. Emmanuel Maillard
Gemeenschap van de Zaligsprekingen